wij lopen daar als twee mijn lieve
liefste jij
met armen en benen
(en vingers en tenen en een
karakter en een gezicht-
of veel)
wij lopen maar, ik denk
blootsvoets op steentjes
tussen zand,
met takjes en van dat zachte groene fijne
en we zeggen niets meer of veelal
kleine woorden en knikken alsof we zijn vergeten
als iets wat niet meer bestaat maar toch nog is een sok
of zo iets
en wat eigenlijk volmaakt is
omdat het er zo is
Geen opmerkingen:
Een reactie posten